background image
Maar overheersend is hier een boompje met mooie gele bloemen
in groot getal; het is zeer liefelijk om te zien; het draagt vruchten
bijna van het model der mispelen, en schijnt mij saffraan te zijn.
Links heeft men een mooi gezicht op de hoge bergen (Troödos-
gebergte), dat vol grote wouden staat. Hier zijn vele cipressen en
kleine, welriekende harsstruiken. Links in het gebergte zag ik ook
een riviertje met een waterval neerkomen.
Verder, doch meer recht vóór mij, het gebergte op, is aan de ene
kant (links) woud en aan de andere naakt gebergte (nl. het
Kerynia-gebergte).
Van op de weg (van Jezus, dus dichtbij) lopen gangen in de berg,
waarin men koper en wit metaal als zilver uitgraaft.
Ik zag de mijnwerkers ook van boven naar beneden boren. Zij
moeten hier ook smelten en dit geschiedde met een geelachtige
brandstof. Een hele berg van zulke brandstof is hier in de
nabijheid. Ik zag dat zij die stof tot grote ballen kneedden en dan
droogden. Ik hoorde ook zeggen dat die berg niet zelden vuur
vatte.
Na 4 uren wegs kwam Jezus in een herberg vóór Chytrus op een
afstand van meer dan een half uur. Tot daartoe liggen overal nog
mijnen. In deze herberg namen zij hun intrek en de vader van
Barnabas en enige andere mannen ontvingen de Heer en bewezen
Hem de gewone verwelkomende liefdediensten.
Jezus rustte hier, hield een toespraak en nam met zijn
gezelschap een kleine maaltijd. Ik herinner me verder niets
anders.
Chytrus ligt in de diepte op een vlakte. (Onder de voet van het
Kyreniagebergte en in een kleine vallei, waar 3 beken ontstaan).
Jezus benaderde de stad van de zijde, waar de kopermijnen zijn
(zie kaartje hiervoor); ze heeft joodse en heidense inwoners. Om
de stad heen liggen vele afzonderlijke woningen als boerderijen,
die door tuinen en velden met elkander verbonden zijn.
Fascikel 25
2505