Hij sprak ook over Segola, die deugdzame heidense
vrouw uit Egypte, die zich bij Abila aan de beek Krit
was komen vestigen en zoveel goeds had gedaan en
genade bij God had gevonden (fasc. 17, nr. 720).
Hij zei vervolgens welke pogingen de heidenen
moesten doen, hoe zij naar deugden streven en zich
heiligen moesten, opdat Gods genade hen zou
bezoeken. Hij zegde dit in ‘t bijzonder met het oog op zijn
heidense toehoorders, die de geschiedenis van Elias en deze
heidense vrouw kenden.
Jezus op een feestmaal te Leppe bij Mallep.
(Leppe is te veronderstellen tussen Mallep en Kerynia; zie kaartje).
Fascikel 25
2566
|