Jezus stelt de bekeerlingen van Cyprus onder Maria’s bescherming. Hier stelde Jezus de nieuwe leerlingen en nieuw bekeerden aan zijn Moeder voor. Ik zag Hem dit in de laatste tijd telkens doen. Er bestond tussen Hem en haar een verborgen, niet uitgesproken verdrag, een inwendig, maar bewust verbond, overeenkomst en verstandhouding, krachtens welke de H. Maagd de leerlingen van haar Zoon in haar hart en haar gebeden, in haar zegen en bescherming en om zo te zeggen in zichzelf aanvaardde en opnam als haar eigen kinderen en als de broeders van Jezus, en krachtens welke zij dus hun geestelijke moeder werd, gelijk zij de lichamelijke Moeder van Jezus was. Zij deed die aanneming met een ernstige innigheid, en het voorstellen door Jezus geschiedde met plechtstatigheid. In die handeling was een innigheid, inwendigheid, diepte en heiligheid, die ik niet kan vertolken. Maria was de wijnstok, de aar van zijn vlees en zijn bloed (die zijn vlees en bloed bevatte en voortbracht)763. Genezing van melaatsen en andere zieken. 1405. 20 juni. – Jezus ging deze morgen met verscheidene leerlingen uit het huis van zijn Moeder noordoostwaarts over de hoogte (dj. Kanazir) waar Hij vaak genezingen gedaan en tot zo vele karavaanreizigers 763 Men zou dit kapitteltje kunnen betitelen: ‘Maria, de geestelijke moeder van de gelovigen’. Maria draagt en verzorgt ons in haar schoot, tot Jezus in ons gevormd zal zijn en wij voor het eeuwige leven geboren zullen worden. (Zie een soortgelijk woord van Jezus en nota van ons in fasc. 16, nr. 646, evenals voetnoot 301). Fascikel 26 2740