1419.
In de eerste tijd van de Gemeente, onder de diakens, zag ik nog
vele mensen zich aansluiten bij die nederzetting, die zich
geleidelijk ontwikkelde tot een stad. Ik meen dat er ten minste
nog puinhopen van moeten bestaan. Dit was de oorsprong van de
stad Eleuteropolis; die reeds vroeg bisschoppen had en waarvan
de stichters nu onbekend zijn. (Verder in nr. 1425 spreekt K.
nogmaals over deze stad).
Jezus keerde met de leerlingen naar Kana terug, waar ook alle
leerlingen aankwamen, die te Kafarnaüm gebleven waren, zodat
-
Iets meer dan 1 km ten noordnoordwesten van Eleuteropolis ligt een
complex van drie uitgestrekte zalen, die de naam Arak el-Fenesj dragen.
-
1,5 km ten zuiden van Eleuteropolis vindt men in elk van de twee
heuvelen van Sandahanna (= dorp van de H. Joannes) en in de heuvel
van Marissa ruime, wijdse grotten in de zacht glinsterende krijtrots in de
vorm van omgekeerde trechters uitgehold.
In een wijdere omtrek van Eleuteropolis zijn er eveneens allerwegen aan te
wijzen.
-
Van deze laatste vermelden wij alleen de grotten in de heuvels waarop
men de resten van oude aanzienlijke steden vindt, die voor de
vereenzelviging van dat in aanmerking komen, nl. de huidige dorpen
Dikrin en Deir Doebban.
Een heuvel dicht bij het laatste heet Arak Deir Doebban.
-
Onder deze dorpen, vooral onder het laatste, zijn in de schoot van de
heuvel uitgestrekte grotten. Één van deze groepen bestaat uit 15
grootse zalen en booggewelven.
Het is onnodig langer met dit onderwerp bezig te zijn.
***
Alleen moeten wij nog benadrukken dat K. onder de naam Eleuteropolis niet
louter verstaat de plaats waar nu het dorp Beit Djibrin gelegen is, maar
meerdere plaatsen samen rondom dit dorp en in zijn nabijheid, waar de
Cyprische en Sidonische volksverhuizers een onderkomen vonden.
De dorpen boven die grottencomplexen gelegen, doen denken aan het
woord van K. dat hun grotten met de stad overbouwd waren.
Eleuteropolis is in haar bedoeling dus een verspreide grote stad, ook de
hoofdstad van een geheel district, waaraan ze haar naam gaf.
Fascikel 26
2763
|