Nu snelde Magdalena tot de Heer, en ik zag andere Joden haar
achternagaan. Jezus stond nog bij de loofhut te midden van een
toeloop van mensen. De zon ging reeds onder.
Magdalena viel aan Jezus’ voeten neer en sprak: “Heer! waart Gij
hier geweest, mijn broer was niet gestorven.”
Toen zag ik de Joden wenen en ook Jezus werd door
weemoed aangegrepen en weende (Joa. 11, 35).
Fascikel 27
2891
|