Zij moesten (voor het huwelijksgebruik) niet
samenkomen zonder gebed en overwinning (zonder
eerst gebeden, hun gevoelens en verlangens gelouterd
en hun goede intentie gevormd te hebben), en
vervolgens moesten zij de vruchten aan God
aanbevelen en overlaten.
Hij zei tot de vrouw dat zij een deugdzame Abigaïl
moest worden. Hij wees hun ook nog een geschikt
gewest aan voor tarweteelt. Om hun wijngaard
moesten zij een omtuining maken; deze omtuining
waren de raadgevingen, die zij nu van Hem
ontvingen (en die zij moesten nakomen).
Op de vooravond van de sabbat sprak Jezus met de bestuurder van
de synagoge, die ook Nazor heette en een verwant van de
opgewekte Nazor was.
Hun gesprek liep over Tobias, van wie zij
nakomelingen waren. Hij sprak over de goddelijke
leiding in Tobias’ leven.
Ik heb daarbij, in bijvisioenen de levensgeschiedenis van
Tobias uitvoerig gezien, maar ben ze weer vergeten.
De nakomelingen van Tobias en van Rut onderscheidden zich
hier opvallend van Ismaëls nakomelingen door hun goedheid,
ordelijkheid, en zachtmoedigheid. (We nemen aan dat hier
niet moet staan RUT, maar SARA, de vrouw van Tobias809.
809 Hier noemt Katarina in één adem Tobias en Rut en karakteriseert er de
hoofdeigenschappen van hun nakomelingen. Ze zijn goed, geregeld en
zacht van aard.
De H. Schrift roemt hun zelfbeheersing en huwelijkskuisheid. Al die
deugden passen overigens goed bij mekaar.
Fascikel 27
2977
|