wanneer zij daarvan aten, er telkens verse rijst mee
moesten mengen en dat deze spijs niet zou bederven
noch de zegen verliezen.
De Koningen weten reeds door dromen dat Jezus tot hen komt.
Een wonderbare bol.
1548.
26 november. –
Ik zag de Heer weer op de graszoden troon een lering
doen. Hij sprak over de schepping van de wereld, de
val in de zonde en over de belofte van verlossing en
herstelling. Hij vroeg hun of zij geen Belofte hadden?
Maar zij wisten slechts het een en ander van Abraham en ook van
David, maar alles was met fabelen vermengd; zij waren zeer
eenvoudig, net als schoolkinderen, en wie iets wist, zei het
aanstonds rechtuit.
Toen de Heer hun onschuld en onwetendheid zag,
liet Hij een groot wonder geschieden. Ik weet niet meer
juist wat Hij toen zei, maar het was als greep Hij met zijn
rechterhand uit een zonnestraal een kleine bol, die nu aan een
lichtstraal uit het midden van zijn rechterhand neerhing.
Die bol werd vervolgens groter, alsof men erin was,
en alles was daarin te zien.
1549.
Die goede herders en de leerlingen zagen er alles in, gelijk de
Heer het hun verklaarde. Zij stonden zeer verbluft en ontsteld
om Hem heen.
Ik voor mij zag de hele H. Drievuldigheid in de bol, en terwijl ik
de Zoon erin zag, zag ik Jezus niet meer, maar ik zag een engel
Fascikel 27
2998
|