naast de bol zweven. Eens lag de bol op Jezus hand en deze
scheen mij ook eenmaal de bol zelf te zijn.
In de bol zag men ontelbare beelden, die zich uit mekaar
ontwikkelden en ik hoorde iets van het getal 360 of 365, zoals het
getal dagen in het jaar, waarvan ook iets in de beelden van de bol
bevat was.
Jezus leerde hun ook een kort gebed aan, waarin iets
uit het Onze Vader voorkwam, en Hij gaf hun 3
intenties op, waarmee zij het afwisselend moesten
bidden:
-
het was de dankbaarheid voor de schepping,
-
de dankbaarheid voor de Verlossing en
-
een derde punt was, geloof ik, voor de zielen in het
vagevuur of verrijzenis of hemelvaart, neen (het
was) het laatste oordeel.
(oder Himmelfahrt, nein, jüngstes Gericht.).
(Een vertaler vertaalt: het was zeker niet voor het laatste oordeel.
Dat nochtans het laatste oordeel bedoeld is schijnt te blijken uit de 3
grote waarheden die verder uitdrukkelijk genoemd worden; hierover
wilde Jezus hen onderrichten).
1550.
In deze bol was een ganse, zich uit elkaar ontvouwende
geschiedenis van de schepping, van de zondeval en van de
Verlossing te zien.
Ook zag men er in alle middelen waarmee men aan de Verlossing
deelachtig kon worden.
Ik heb het daar, gelijk mijn eenvoudige medetoeschouwers
verstaan, maar nu kan ik het niet meer zeggen.
Ik zag in de bol hoe alles met de H. Drievuldigheid door stralen
samenhing en er zich uit ontwikkelde; een gedeelte echter zag ik
er van losgerukt.
Fascikel 27
2999
|