background image
Zij hadden ook de zekerheid bekomen, vertelden de mensen nog,
dat de Messias hen eenmaal zou komen bezoeken en dat zijzelf,
nadat Hij weer vertrokken zou zijn, deze stad weer zouden
verlaten.
- “Mensor”, zegden zij, “leeft nog en is gezond.
- Teokeno kan van zwakheid en ouderdom niet meer gaan.
- Saïr is vóór enige jaren overleden; zijn lichaam dat in een
grafpiramide begraven ligt, is tot op heden onbedorven. Op de
verjaardag van zijn dood bezoekt men zijn graf; men opent dan
met grote plechtigheid de grafkelder en de graven en bewijst
eer en hulde aan de lijken, waarbij zelfs een bestendig vuur
onderhouden wordt.”
Hierop informeerden zij bij Jezus naar degenen die deel
uitgemaakt hadden van de stoet der H. Driekoningen en in de
vreemde in het beloofde Land achtergebleven waren.
Het antwoord, van Jezus kon de zienster niet geven noch op het 
ogenblik haar verhaal voortzetten, daar hevige pijnen haar in zulk 
een staat van uitputting hadden gebracht, dat zij scheen te zullen 
sterven.   
Op 1 december hernam zij haar verhaal.  
1559.
Vrijdag, 1 december. –
Deze mensen hier zonden een bode naar de tentenstad van
Mensor, de oudste nog levende koning; de stad lag een paar uren
van hier verwijderd; zij meldden dat zij geloofden dat een
afgezant van de koning der Joden bij hen aangekomen was.
‘s Avonds, met het aanbreken van de sabbat, vroeg Jezus voor
zich en de leerlingen een eenzame hut, en aangezien
Dit is klaarblijkelijk onjuist, want hier is men nog ver van de Eufraat, terwijl de
ster hen tot de tocht uitnodigde in Iran, het hoogland, niet enkel ver over de
Eufraat, maar zelfs ver over de Tigris.
Fascikel 27
3010