De mensen waren hier niet geheel bedekt, gelijk bij de H.
Driekoningen, doch zij droegen dekenmantels en, (om hun
middellijf) gordels. Zij deden voorzeggingen uit de loop van de
dieren, legden dromen uit en profeteerden. (Zulke
bijgelovigheden zijn uitwassen in het Mazdeïsme).
Zij hadden verscheidene vage denkbeelden en een zekere
aanvoeling van een moeder van God. (Bedoeld is wellicht de
godin Anat; zie fasc. 27, nr. 1572, voetnoot 817, midden).
In hun eironde tempel stonden vele en onbeschrijfelijk prachtige
metalen beelden, die van smaak en kunstzin getuigden830.
830 Beelden die van smaak en kunstzin getuigden. – Uit het zo juist
genoemde werk van Morton, blz. 72:
“Een gedeelte van de ruïnes van Babylon verheft zich nog in onmiskenbare
pracht, nl. de Poort van Ishtar, door Nebukadnezar gebouwd.
Haar torens zijn nog 40 voet hoog en haar leemstenen dragen in bas-reliëf
152 dierenbeelden, bijna levensgroot, om de ander een rij stieren en een rij
draken, eens schitterend geëmailleerd, doch nu van het email ontdaan …
Terwijl ik keek naar die oppervlakte van ruïnes en bakstenen, vroeg ik mij af
of de gebouwen in dit land werkelijk zo schoon zijn geweest, als men het ons
Fascikel 28
3087
|