Vóór deze bron stond een groene wijngaardstam met een mooie
rode druiventros; deze hing neer in een zwartkleurig werktuig of
pers, die mij door haar vorm aanstonds aan het kruis herinnerde.
Het bovenste einde was open gelijk een trechter, of een trechter
was boven in de opening geplaatst en de druiventros hing daarin.
Aan het enge uiteinde van de trechter hing een zak.
Dit werktuig was hol, en wat er boven in gedaan werd, kon er
vanonder uit lopen.
Op de vraag naar de gedaante van de wijnpers, die zij in haar
visioenen op de arbeid in de wijngaard had gezien, antwoordde
zij: “De vorm van de wijnpers in de parabel geleek volkomen op
die van dit werktuig, maar ze stond in een kuip.”
Fascikel 28
3090
|