Toen verliet Hij de stad en wees de apostelen als
samenkomstplaats een berg aan, waarop Hij vroeger nog geweest
was en die lag in dit gewest. Hijzelf kwam met de leerlingen
alleen achter.
(Voor de BROODBERG die hier bedoeld is, zie fasc. 21, nr. 991,
voetnoot 507 en kaart in fasc. 24, nr. 1192.)
Ik zag op een berg (nl. de broodberg), die aan alle zijden zacht
omhoog steeg, alle apostelen en vele leerlingen verzameld.
De berg scheen niet ver van het gewest te zijn, waar de eerste
ontmoeting van Jezus met Petrus plaats heeft gehad (fasc. 12, nr.
368).
Zij hadden boven op de berg een vuur aangelegd, dat uit de verte
geleek op een Joannesvuur bij ons. Toen Jezus met zijn
leerlingen hier aankwam, was het reeds nacht. Hij trad in hun
midden. De apostelen stonden rondom Hem, de leerlingen
vormden de buitenste kring. Ook zag ik daar nog veel ander volk
verzameld.
Fascikel 28
3159
|