background image
leven, en terwijl Hij er de verklaring van gaf, werd mij alles in
bijvisioenen getoond.
Jezus intocht in Jeruzalem en de tempel. –
Vooravond van Palmenzondag.
1693.
13 maart. –
Na Jezus’ redevoering in de tempel heerste een ware paniek onder
de schriftgeleerden en Farizeeën. In het huis van Kaïfas hielden
zij een bijeenkomst (Joa. 11, 47-53. 57) en daarna werd het
verbod afgekondigd Jezus of de leerlingen, waar dan ook, nog te
ontvangen of te herbergen. Zij plaatsten spionnen bij de poort om
Hem te bewaken, maar Jezus hield zich te Betanië bij Lazarus
verborgen.
14 maart. –
Heden zag ik Jezus, Petrus, Joannes, Jakobus, Lazarus, de H.
Maagd en 6 andere vrouwen in de onderaardse plaatsen van het
huis van Lazarus verborgen (cfr. fasc. 10, nr. 251, voetnoot 68 en
69), dezelfde plaatsen, waar zich ook Lazarus tijdens de
vervolging tegen hem verborgen had gehouden (fasc. 27, nr.
1507). Ze waren onder het achterste gedeelte van het huis
gelegen (een grot in de schoot van de heuvel) en fatsoenlijk met
vloertapijten belegd en met zetels gestoffeerd.
Ik zag aanvankelijk Jezus met de 3 apostelen en met Lazarus in
een grote zaal (in die onderaardse plaats), die door een zuil
ondersteund was en waarin lampen brandden.
De H. Vrouwen waren in een driehoekige, met een traliehek
afgesloten kamer (een onderdeel van dezelfde grot in de heuvel).
Allen waren zij hier in deze kelder wegens de belaging van de
Joden.
Fascikel 28
3217