een nieuwe tempel in. Al deze tijd bleven de deuren
gesloten.
Intussen had Simeons zoon het lam geheel toebereid; het lag
gespannen op een spit; de voorpoten waren op een dwarshout en
de achterpoten op het spit bevestigd. Ach! het herinnerde zo
treffend aan Jezus op het kruis en het werd nu met de 3 andere, in
de tempel geslachte lammeren in de oven te braden geplaatst.
De zienster zegde nogmaals: Alle andere paaslammeren van de
Joden werden geslacht in het voorhof van de tempel en wel op 3
verschillende plaatsen:
-
voor de voornamen,
-
voor de geringeren en
-
voor de vreemdelingen.
Het paaslam van Jezus was niet in de tempel
geslacht, al het overige deed Hij streng naar de Wet.
Achteraf heeft Hij ook hierover gesproken; het lam was
een voorafbeelding; Hijzelf zou morgen het ware
Paaslam zijn; ik weet niet meer wat Hij verder daarover nog
uiteenzette.
1759.
Op deze wijze onderrichtte Jezus de apostelen over het
paaslam en de vervulling van deze profetische
voorafbeelding. Toen nu het uur aangebroken en ook Judas
teruggekomen was, werden de tafels gedekt. Zij trokken
feestklederen aan als voor een reis; deze namen zij in de voorzaal.
Zij deden andere schoenen aan, een wit kleed dat mij aan een
hemd deed denken, en daar boven een mantel, van voren kort en
van achteren langer; zij schortten hun kleed op (trokken het
omhoog) in de gordel en vouwden ook hun wijde mouwen op.
Zo ging iedere schaar naar haar eigen tafel toe:
-
de 2 groepen leerlingen in de zijzalen,
Fascikel 29
41
|