De menselijke natuur aannemend met het doel de dood voor ons
te ondergaan, had Hij ook zijn Vader en Moeder verlaten om zijn
bruid, de Kerk aan te hangen en om één vlees met haar te worden.
Dit doel bereikt Hij vooral in het H. Altaarsacrament,
waardoor Hij haar met zichzelf voedt en waarin Hij zich
telkens opnieuw met ons als in een huwelijk verenigt; en zo
wilde Hij met zijn bruid, de Kerk, op aarde blijven, tot wij
allen, in haar met Hem verenigd, in de hemel zouden komen.
En van haar heeft Hij gezegd: “De poorten van de hel zullen
haar niet overweldigen.”
Om zijn onmetelijke liefde tot de mensen te kunnen tonen, was de
Heer mens geworden en een broer van de zondaars, om de straf
die zij door hun zonden verdiend hadden, op zich te kunnen
nemen. Hij had de grootte van hun schuld en de omvang van het
daarvoor gevorderde lijden met ontzettende droefheid gepeild en
toch had Hij zich met offervreugde aan de Wil van zijn hemelse
Vader aangeboden om voor de zonden te voldoen.
Nu echter zag Hij de smarten, de strijd en de wonden van zijn
toekomstige Kerk, zijn bruid, die Hij tegen zulk een hoge prijs
wilde vrijkopen, nl. door zijn Bloed en des te smartelijker drukte
op zijn ziel het zicht van de ondankbaarheid van de mensen.
1794.
Aan de ziel van Jezus vertoonde zich verder al het toekomstig
lijden van zijn apostelen, leerlingen en vrienden, het kleine aantal
leden van de eerste Kerk.
Hij zag hoe daarna, naar gelang de Kerk zich verspreidde,
ketterijen en scheuringen ontstonden en hoe aldus de boosheid
van de eerste zondeval zich in hovaardigheid, ongehoorzaamheid,
in duizenderlei ijdelheid en bedrieglijke zelfrechtvaardiging
herhaalde.
Hij zag de lauwheid, de verblindheid en de grote boosheid van
ontelbare christenen; de veelvuldige drogredenen en bedrieglijke
Fascikel 29
111
|