door zijn bemoeiingen bestemd werden tot onderstand van de
armen.
Voorts misdadigers wier medeplichtigen Hij bekeerd had,
losbandigen en echtbrekers, wier minnaressen Hij tot een
deugdzaam leven had bewogen, en andere erflustigen die Hij
teleurgesteld had door de genezing der rijke bezitters, wier
nalatenschap zij begeerden.
Verder waren daar nog als getuigen vele laaghartige, tot alle
kwaad omkoopbare vleiers van de genoemden en vele anderen,
allen werktuigen van satan, steeds vol woede tegen alles wat
deugdzaam en heilig is en bijgevolg nog meer in woede ontstoken
tegen de Heilige der heiligen.
Door enige hoofdvijanden van Jezus opgehitst en aangevoerd,
kwam dat schuim van een groot gedeelte van het joodse volk
dat naar Jeruzalem gekomen was, in beweging en stroomde
van alle kanten naar het paleis van Kaïfas toe, om het paaslam,
het Lam Gods, dat de zonden van de wereld draagt, om het
Lam zonder vlek, het allerzuiverste Lam, van alle misdaden
vals te beschuldigen en het te bevlekken met de schande van
alle zonden, die Het inderdaad op zich had genomen en
gedragen om ze uit te boeten en te delgen.
Terwijl nu dat uitvaagsel van het volk samenstroomde om de
reine Jezus te bezwadderen (= belasteren), werden vele godvruchtige
lieden en vrienden van Jezus bedroefd en zeer beangstigd. Niet
zeker van wat er gebeurde en niet ingewijd in het mysterie dat
zich in dit nachtelijk uur voltrok, liepen zij hier en daar rond, het
oor gespitst om te vernemen wat er eigenlijk aan de hand was.
Waar zij jammerklachten lieten ontsnappen, werden zij verdreven;
waar zij zich meer beheersten en het zwijgen bewaarden, werden
zij achterdochtig bekeken. Andere, welmenende, maar
halfslachtige besluiteloze personen werden geërgerd, kwamen in
Fascikel 29
187
|