In zulk een toestand en op de beschreven manier vertelde zij op
zaterdag, 8 maart 1823, de boven meegedeelde geseling van Jezus, zoals
zij die de vorige nacht had gezien en zij bleef nog een goed deel van
deze 8e maart in de beschouwing van dat vreselijk passietafereel
verslonden.
Tegen de avond echter deed zich een onderbreking voor in deze tot nog
toe doorlopende visioenen. Deze onderbreking, zo vervolgt Brentano,
delen wij hier mee, omdat ze ons een blik gunt in het innerlijk leven van
deze gans buitengewone persoon en omdat ze ook ons tot een rustpoos
kan dienen in deze beschouwing van Jezus’ lijden, die voor minder
sterke geesten vermoeiend kan zijn.”
***
Aldus Brentano, waarna wij vervolgen:
Het aspect van K.’s leven, waarop Brentano de aandacht wil vestigen, is
haar intens medeleven met de liturgie van de Kerk, zodat zelfs haar
visionair leven onder de invloed ervan stond.
Hiertoe had Brentano reden, want buiten zijn eigen levensschets over
Katarina, vooraan geplaatst in ‘Het Bitter Lijden’ was nog niets over haar
leven gepubliceerd.
Daar wij nu over levensbeschrijvingen van K. beschikken in het Duits, in
het Frans en nu ook een uitvoerig leven in het Nederlands, is hier de
uitweiding van Brentano over een bepaald aspect van K.’s leven
onnodig. Men vindt deze beschrijving veel uitvoeriger in leven van K.
Emmerick, 1e Deel, blz. 191.
Uit hetgeen Katarina straks zal verhalen, zal blijken hoe de liturgie van
de Kerk, het kerkelijk leven ingreep, niet alleen in de gewone devotie
van K., maar zelfs in haar visionair leven.
Fascikel 30
352
|