kruis voorwaarts, zodat het in loodrechte stand geraakte en
gans het gewicht met een geweldige schok in de opening neer
plofte.
Het kruis daverde van de stoot en Jezus slaakte luide
jammerkreten. Door zijn gewicht trok het uitgespannen
lichaam neerwaarts; de wonden scheurden breder open, het
bloed stroomde er overvloediger uit en de ontwrichte
beenderen stieten tegen elkaar.
Om het kruis vaster te zetten schudden de beulen het nog
enige keren en sloegen dan 5 wiggen rondom de stam in het
gat,
-
1 vóór het kruis,
-
1 rechts en
-
1 links en
-
2 aan de ietwat afgeronde achterzijde.
Het maakte een schrikwekkende en tegelijk ontroerende
indruk, toen het kruis onder het spot- en triomfgeschreeuw
van de beulen, van de Farizeeën en van veel volk dat verderaf
stond en nu de omhoog geheven Verlosser ook kon zien, in de
hoogte waggelde en met een ruwe, ploffende stoot in de kuil
viel.
Doch ook vrome, weeklagende stemmen verhieven zich tot Hem;
de heiligste stemmen der aarde, het klaaggeschrei van de mede-
lijdende Moeder, van de vriendinnen en van de vriend en van alle
reinen van hart begroetten en huldigden met zielroerende
ontboezemingen het op het kruis verheven, eeuwigbestaande,
mensgeworden Woord.
Alle minnenden strekten bekommerd hun bevende handen in zijn
richting, als wilden zij Hem hulp verlenen, toen de Heilige der
heiligen, de Bruidegom van de zielen, levend aan het kruis
genageld, onder razend getier, door de handen van dolzinnige
zondaars, schuddend in de hoogte geheven werd.
Fascikel 31
469
|