| De tafel van het avondmaal was toegerust en de lamp aangestoken. Op de tafel stond slechts een paasbrood en een kleine kelk. De apostelen deden hun feestklederen aan en Petrus het voorname onderscheidingskleed of celebrantsgewaad. De H. Maagd zag ik tegenover Jezus zitten. Ik zag de Heer hetzelfde doen als bij het allerheiligste laatste avondmaal: in het brood vooraf kerven of insnijdingen maken, het offeren, breken, zegenen en het hun toereiken. En dan dronken zij ook allen uit de kelk, zonder dat hij opnieuw gevuld werd. Ik zag het heilig Sacrament op het woord van Jezus schitteren en als een klein lichaam in de mond van de apostelen ingaan. Ik zag zijn woord bij de consecratie van de kelk als een rode, bloedige schijn in de kelk stromen. In de laatste dagen hadden ook Magdalena, Marta en Maria van Kleofas reeds het H. Sacrament ontvangen. 2127. Tegen de morgen zongen zij als naar gewoonte plechtig de Metten onder de lamp. Jezus gaf aan Petrus nogmaals het gezag en de bestuursmacht over de anderen; Hij legde hem nogmaals die mantel om en Hij herhaalde wat Hij hun bij zijn verschijning aan het Meer van Tiberias en op de berg (bij Tebez) gezegd had. Ook onderrichtte Hij hen over de doop en de waterwijding (bij de doop). Tegen de morgen, onder het gebed en de onderrichting zag ik ook nog wel 17 van de meest ingewijde leerlingen in de zaal achter de H. Maagd staan, en Petrus stelde hun, eer zij het huis verlieten, tegenover de Koning. In sommige opzichten, b.v. als voorspreekster, raadgeefster, toevlucht, moeder, staat zij boven Petrus. Fascikel 33 875 |