Jakobus de Meerdere.
2245.
Deze Jakobus was groot en breedgeschouderd, zonder nochtans
grof of plomp te zijn. Hij had zwart haar en een bruinachtige
baard; zijn aangezicht was wit. Geheel zijn verschijning ademde
ernst en tevens opgewektheid. Hij was getrouwd en woonde bij
Kafarnaüm, maar had geen kinderen. Zijn vrouw was een zuster
van de weduwe van Naïm en ze sloot zich later bij de H. Vrouwen
aan.
De moeder van Jakobus heette Maria Salome; zij was de dochter
van een zuster der H. Anna (nl. van Sobe, zie familieboom in fasc.
1, nr. 10). De man van deze zuster heette Salomo; zij woonden
aanvankelijk bij Bethlehem (Bethlehem in Zabulon?) en daarna
op de landerijen van Anna.
Maria Salome trouwde met Zebedeüs, bij wie zij 2 zonen,
Fascikel 35
156
|