2287.
Op deze steen zag ik Tomas geknield en in verrukking bidden.
Ik zag dat afgodenpriesters hem overvielen en hem in de rug met
een pijk doorboorden. Zijn lichaam is (later) naar Edessa
vervoerd geworden; ik heb daar een kerkelijk feest te zijner eer
zien vieren. Maar op die plaats (in Indiƫ) is nog een ribbe van
Fascikel 36
225
|