Aan het land van Jezus
O Heilig Land, hoe klein g’ook zijt,
‘k Bemin u meer dan andre landen,
In u toch kwam de zaligheid
verbreken satans slavenbanden.
In u heeft Jezus ons bevrijd
van ondeugd, zonde en lage schanden.
Gij werdt door Jezus’ woord gewijd
en ook door wondren die zijn handen
zo kwistig hebben rondgespreid.
Het vuur dat Hij kwam doen ontbranden
Heeft zich uit u alom verbreid
en vele mensen aller standen
in liefde naar zijn Hart geleid!
O Heilig Land, is ‘t in de tijd
Me niet gegund te zien uw stranden,
toch hoop ik eens, in d’eeuwigheid,
op uwe kusten aan te landen.
En dan, gelukkig, zielsverblijd
t’ aanschouwen uw zo heilge panden.
Nu doen wij het, hoewel van wijd,
met Palestina’s kaart in handen.
Uw Vriend.
Fascikel 37
491
|