-
In het Leven van de H. Franciskus (van Cuthbert van Brighton), lezen
wij over hetzelfde gebeuren: “Eens stond de Heilige bij zijn cel onder
een beuk op de Al‐Vernoberg. De eigenaardige vorm van de berg
verwonderde hem: de berg immers is op de top door een aardbeving
in grote kloven en spleten gescheurd. Franciskus ging toen op in
vurig gebed, en dan, zo verhaalt de kroniek, werd hem door God
geopenbaard dat die grote kloven door een wonder waren ontstaan
op het uur van Jezus’ lijden en dood.
Van dat ogenblik af was de grond van de Al‐Verno voor Franciskus
heilig. Ook ontvlamde zijn hart van toen af meer en meer voor zijn
gekruisigde Meester en ging hij steeds meer op in gebed en
beschouwing.” (in de Nederlandse vertaling van F. Heribertus, blz.
289).
-
Bij Mislin, II, 182, lezen wij: “Profane schrijvers hebben de grote
aardbeving opgetekend, die voorviel onder keizer Tiberius: “Ons is
overgeleverd dat zeer grote bergen ingezakt zijn en dat effen grond
zich tot steile hoogten heeft verheven en dat te midden van die
algemene chaos de bliksem flitste.”
-
Volgens de Openbaringen van de H. Brigitta, VI, 11, werd bij Jezus’
dood alles door een algemene droefheid overvallen, vooreerst God
de Zoon en zijn allerheiligste Moeder, alle mensen en levende
wezens, ja, in zekere zin ook de engelen en God zelf, en kwamen alle
elementen van de natuur in beweging (en als het ware in verzet).
Zon en maan hielden op te schijnen, de aarde beefde; rotsen spleten;
graven gingen open en doden stonden eruit op en verschenen …”
-
“De tekens die zich bij Jezus’ dood voordeden, zijn enig in de
geschiedenis”, zo schrijft E. P. Kochem in zijn groot Christusleven, in
het 140e hoofdstuk.
Dit vatten wij hier beknopt samen:
“Vooreerst was de aardbeving niet plaatselijk en beperkt, gelijk bij
andere normale aardbevingen, maar algemeen en verschrikkelijk,
zodat alles schudde: torens, huizen, bergen, heuvels.
Ja, vele beroemde steden en dorpen zijn ook werkelijk vergaan,
bergen verzonken, torens gebarsten, burchten en vele huizen
ingevallen; 11 grote steden in de provincie Thracië volgens de H.
Fascikel 31
547
|