Ten zuiden van Jotapata ziet men weer een wilde berg en rechts
en links valt de blik in wijde en verre bergkloven; het was een
wonderlijke, verborgen stad297.
Jezus op het oogstveld van Klein-Dotaïn.
Jotapata verlatend richtte Jezus zich eerst zuidwaarts door het dal
(de enge vallei el-Amis) en dan (naar het westen) opwaarts 2 uren
ver; Hij wilde naar een oogstveld tussen Betulië en Gennabris (en
297 Jotapata. – Wat de ligging van Jotapata betreft, het kaartje met
onderstaande tekst is voldoende. Jotapata is feitelijk onbekend.
Meerdere geleerden stellen ter vereenzelviging voor Khirbet Djefat, 4 uren
ten zuidoosten van Ptolemaïs, en meer dan 4 uren ten westen van ons
Jotapata, maar op grond van onderzoek ter plaats, zet de grote
palestinoloog Guérin een groot vraagteken achter deze vereenzelviging.
Ook uit het verhaal van Flavius Josephus is meer dan een moeilijkheid te
opperen. Als de afstand vanuit de vlakte van Ptolemaïs nog geen 4 uren
was, waarom zou het leger van Vespasiaan, dat in die vlakte legerde,
4 dagen nodig gehad hebben om Jotapata te bereiken, laat het gebergte
dan ook ruw en hinderlijk geweest zijn. Het is onnodig hier langer bij stil te
blijven.
***
Magdalum. – Magdalum zou volgens K. zich vanaf de eerste helling van de
hoge berg tot nabij de wadi Hamam uitgestrekt hebben. De voornaamste
rest op die eerste helling is die van een burg van Bar-Kochba, die wel ouder
dan deze verzetstrijder geweest zal zijn en Herodes tot bouwer zal hebben
gehad.
Bij Magdalum vermeldt K. immers een kasteel van hem.
De nauwe hoogvlakte tussen berg en Meer is bezaaid met talrijke en
vormeloze ruïnes van oude muren. In de Arabische huisjes is veel oud
bouwmateriaal in zwarte basaltsteen verwerkt. Nabij het Meer bemerkt men
stukken van zeer dikke muren, die de overblijfselen van een toren schijnen
te zijn. (De naam ‘magdalum’ of ‘magdala’, in het Arabisch ‘medjdel’
betekent toren.)
Ook ten noorden van het huidige dorp ligt nog een aanzienlijke rechthoekige
ruïne die tot een fort schijnt behoord te hebben. De zienster schijnt dus
eveneens geloofwaardig, wanneer zij aan Magdalum een nogal grote
uitgestrektheid toekent. In het noorden ligt heel de vlakte Gennezaret open.
Fascikel 16
1016
|