Zij zegde mij op de man of: “Gij hebt vandaag veel over mij
gesproken; gij dient mij nu ook eens te zien, dat je u in mij niet
vergist.”
Ik vroeg haar: “Heb ik wellicht wat te veel gezegd?”
Zij antwoordde kortweg: “Neen” en verdween.
Zij was een nog jeugdige maagd, slank en aanminnig
(= beminnelijk, bevallig, lief, innemend); haar hoofd was bedekt met
een witte kap die in de nek samengetrokken was en met een
neerhangende punt eindigde, als waren haar haren daarin bevat.
Haar lang, witwollen kleed omhulde haar geheel; de mouwen
waren nauwsluitend en slechts rondom de ellebogen een weinig
kroes en poffend; daarboven droeg zij een lange mantel van
bruinachtige wol als van kamelenhaar.
Mijn vreugde en ontroering over die verschijning was nog niet
voorbij, of opeens trad een bejaarde vrouw in gelijke kleding op
mij toe; nu was haar hoofd meer gebogen en haar wangen
ingevallen; zij zag eruit als een jodin van ongeveer 50 jaren en
was mager, doch nog schoon.
Spontaan dacht ik aanstonds; “Wat mag die oude jodin hier nu
komen doen?”
Doch zij antwoordde, alsof ze mijn gedachten kende: “Gij hoeft
niet to schrikken; ik bedoel alleen, me aan U te laten zien zoals ik
was, toen ik de moeder van de Heer ter wereld bracht, dat gij u in
mij niet vergist.”80
Ik wedervoer onmiddellijk: “Waar is dan uw lief kindje Maria?”
En zij antwoordde: “Ik heb haar niet meegebracht.”
Dan vroeg ik nog: “Hoe oud is zij nu wel?”
80 Ongeveer 50 jaar. – Anna was 43 jaar, meent de zienster, toen zij de
belofte van Maria ontving. Voeg er de 9 maanden bij en de 4 jaren die Maria
nu heeft en we benaderen het ronde getal 50 jaar.
Fascikel 2
150
|