maar ik zag ook in sommige hoeken en kanten zonnige plaatsen,
waar reeds botten en bloesems te voorschijn kwamen129.
Voor zij de plaats van hun nachtverblijf bereikten, zag ik hen een
riviertje oversteken. Zij overnachtten in een herberg aan de voet
van een berg waarop een stad lag. Spijtig dat ik mij de naam van
deze plaats niet meer met zekerheid kan herinneren (het was
Endor op de noordhelling van het Klein-Hermongebergte).
Ik zag deze stad ook ter gelegenheid van andere reizen der H.
Familie; ik zou me dus gemakkelijk kunnen vergissen.
Wat ik bevestigen kan, hoewel nog niet met volkomen zekerheid,
is dit: zij namen de richting van de weg, die ik Jezus in het begin
van zijn openbaar optreden op dertigjarige leeftijd, in september,
zag bewandelen, toen Hij de reis van Nazareth naar Betanië zou
ondernemen, om van daar de doop van Joannes te gaan ontvangen
(zie fasc. 9, nr. 234, enz.).
Dezelfde weg sloeg ook de H. Familie in op haar vlucht van
Nazareth naar Egypte (nr. 171). De eerste herberg en rustplaats
op die vluchtreis was te Nazara, een dorp dat tussen Massalot en
een hooggelegen stad gelegen is en dicht bij deze laatste (nl.
Endor).
had (cfr. Hooglied 5, 2). In de gebergten hoopt de nevel zich op in de dalen.
Dit ondervindt ook de familie van Maria deze morgen.
129 Reeds botten en bioesems. – Zodra in het najaar de eerste regens
gevallen zijn, wordt in de vlakte Gennezaret alles groen; weldra staat ook
alles in bloei, de veldbloemen en de vruchtbomen; de bloemen komen overal
te voorschijn, zoals bij ons in de lente; de eerste bloemen zijn krokussen en
cyclamens.” (’t H. L., in 2e en 26e jg.).
“Laat de regens komen en de velden en bergen bekleden zich met bloemen
van de schitterendste kleuren.” (D.B. Palestina 2031).
In oktober ziet De Gryse in de beschutte vallei bij Loebban witte en purperen
krokussen, narcissen, margrieten, hondsrozen. In december oranjebomen
met gulden vruchten beladen. De banaanboom schiet stelen vooruit met
mooie bloemen aan het einde; aan andere stelen hangt een zware tros
vruchten; enz.
K.E. spreekt vaak van bomen die bloemen en vruchten tegelijk dragen.
Fascikel 2
231
|