neer, als wilde hij knielen voor hen en hun zijn vruchten
aanbieden; nu verzamelden zij deze en de boom bleef in deze
houding.
Ik zag hierop dat allerhande bedelvolk uit de vorige plaats de H.
Familie volgde en dat Maria aan vele kinderen die haar naakt
achterna liepen, van de vruchten van de palmboom uitdeelde381.
Ongeveer een kwartier voorbij deze boom zag ik hen aankomen
bij een grote, buitengewoon dikke sykomoor (= Egyptische
vijgenboom) of wilde vijgenboom. Hij was hol382 en zij verborgen
er zich in voor de achterkomende mensen, uit wier zicht zij
geraakt waren en die, zonder hen te bemerken, voorbijtrokken.
Hier brachten zij de nacht ook door.
Balsemhof.
180.
De volgende dag zetten zij hun weg door de dorre zandwoestijn
voort.
(Egypte is alleen over een smalle strook aan weerszijden van de Nijl
vruchtbaar en bovendien zijn daar nergens zoetwaterbronnen).
381 Naakte kinderen. – Wij zijn hier bij arme heidenen.
In landen als Egypte, Syrië, Perzië, Noord-Afrika, kortom in de muselmanse
landen lopen de kinderen naakt tot hun 8e, zelfs 10e jaar.
Een vrouw uit Noord-Afrika zei me: “Vroeger liepen de kinderen der
Arabieren naakt tot hun 8e jaar; nu de klederstoffen duur zijn, tot hun 10e
jaar.”
“Ellendige Egyptische kinderen”, schrijft de Géramb, “kwamen om allerhande
geschenkjes bedelen; ze waren geheel naakt en kenden niet het minste
schaamtegevoel. Doch laten wij aan die arme mensen, die zo deden uit
nood, geen verwijten doen …”
382 Holle boom. – Oude sykomoren, ceders, moerbei- en vijgenbomen, enz.
worden van binnen hol, maar blijven in leven door de kracht van hun schors,
ook als geheel het binnenste van ouderdom vermolmd en verteerd is.
Fascikel 7
762
|