Jozef wilde eigenlijk niet weer naar Nazareth terug en gaf er de
voorkeur aan in zijn geboorteplaats Bethlehem te gaan wonen
(cfr. Mt. 2, 22). Toch stond zijn besluit nog niet vast, omdat hij
bij zijn aankomst in het H. Land hoorde zeggen dat nu Archelaüs,
een zoon van Herodes de Grote, die ook een wreedaard was, over
Judea regeerde.
Ik zag de H. Familie te Gaza aankomen en hier nagenoeg 3
maanden verblijven415. Er woonden vele heidenen in deze stad.
Na die termijn verscheen aan Jozef in de droom nogmaals een
engel, die hem beval naar Nazareth terug te keren, wat hij dan
ook onverwijld deed (Mt. 2. , 23). Anna leefde nog. Alleen zij en
enige andere familieleden hadden heel die tijd geweten dat de H.
Familie in Egypte verbleef.
De terugkeer uit Egypte geschiedde in september.
Jezus was, op 3 weken na (maanden?) 8 jaren oud.
415 Zij verbleven 3 maanden te Gaza. – 1,5 km ten zuidoosten van Gaza ligt
de heuvel Ali el-Mountar, waarop Samson een stadspoort gedragen zou
hebben (Recht. 17, 3).
Tussen deze heuvel en de stad toont men in een tuin de plaats waar de H.
Familie gerust (of zich opgehouden) zou hebben op haar terugreis, maar
geen gedenkteken is op die plaats aan deze herinnering gewijd.
(cfr. Guide, 46; D. E. Gaza, c. 123).
Op een paar andere woorden van K. willen we nog een bemerking maken.
a) Jozef vervaardigt kruikjes met boomschors of bast en maakte ze dicht
met pek of hars.
Ik las bij Morton: “Van de vezel van de palmboom maken de vrouwen
van Siwa (ergens in een woestijn in of bij Egypte) mooie manden, die zo
dicht ineengevlochten zijn, dat er zelfs water in bewaard kan worden.”
(Langs bijbelse Paden, blz. 201).
b) Jozef had voor Jezus schoenen van bast gemaakt.
Ik citeer nogmaals ter vergelijking: “Laptis is een licht schoeisel uit
lindenschors door de Russische boeren gedragen.”
(In de Rode storm, blz. 179).
Fascikel 7
826
|