bed en ga weg!”
Maar dit wist de man niet, daar hij Jezus niet kende en Hem nooit
van zijn leven gezien had. Jezus was ondertussen verdwenen en
evenzo de andere leerlingen.
Wat echter in het evangelie bij dit wonder staat, namelijk dat deze
man Jezus in de tempel zag en Hem aanwees zeggende dat Deze
het was, die hem genezen had, en dat Jezus naar aanleiding
daarvan met de Farizeeën in dispuut geraakte over het genezen op
de sabbat (Joa. 5, 15 en vlg.; nrs. 1173-1174), is pas later op een
ander feest geschied. Joannes heeft het echter hier zo maar in één
adem na elkaar verteld. Ik heb deze verklaring uitdrukkelijk
daarbij bekomen558.
Door dezelfde Joden, die de genezene over het dragen van zijn
bed op de sabbat berispten, werd zijn genezing, nadat Jezus
Jeruzalem verlaten had, algemeen bekend. Daar allen die hem
kenden, hem voor ongeneeslijk hielden, baarde dit wonder een
groot opzien.
1051.
De andere zieken, die Hij en de leerlingen bij de vijver Bethesda
genezen hadden, werden niet verder in aanmerking genomen; men
schreef hun genezing aan de wonderkracht van de vijver toe. Ook
waren ze niet op de sabbat (maar juist er vóór) genezen, en ook
hierom lette men te minder op hen. Overigens had niemand Jezus
door de ingangen, waar zich de wachten en opzichters van de
vijver bevonden, het gesticht in- of uit zien gaan.
558 Wat in het Evangelie bij dit wonder staat. – Dat dit later plaats had, wordt
in het evangelie zelf geïnsinueerd met het woordje ‘postea’, ‘daarna’, ‘later’.
Omdat dit woordje zowel een korte als lange tijd kan aanduiden, is het
Evangelie hier onduidelijk.
Onder het lezen der Evangeliën mag men niet uit het oog verliezen dat daar
vaak twee feiten of toespraken samengevoegd zijn en voorgesteld worden
als geschied op dezelfde plaats, in dezelfde tijd, ofschoon die op
verschillende plaatsen en tijden voorgevallen zijn. (cfr. D.B. Bethsaïde 1, k,
1717).
Fascikel 22
1997
|