(anderzijds) niet wilde aanklagen, besloot hij in stilte en heimelijk van
haar te scheiden.
Terwijl deze gedachten hem bezig hielden, verscheen hem in een
droom een engel van de Heer, die hem zei:
“Jozef, zoon van David, vrees niet Maria, uw vrouw, in huis op te
nemen, want hetgeen zij ontvangen heeft, komt van de H. Geest.
Zij zal een zoon ter wereld brengen en gij moet Hem Jezus noemen,
want Hij zal zijn volk verlossen van hun zonden.” (Mt. 1, 19‐21).
De laatste 14 dagen voor Jezus’ geboorte.
101.
Jezus’ geboorte, zoals ik ze altijd zie, komt vier weken vroeger
dan de Kerk haar viert, en valt dus samen met het feest van de H.
Katarina217. Ik zie de boodschap van de Engel aan Maria, steeds
tegen het einde van februari (nl. op 25 februari, zie nr. 83).
Reeds in de laatste dagen van oktober zag ik in het Beloofde Land
de afkondiging van een volkstelling die de keizer bevolen had.
Sedertdien zag ik in het land vele mensen zich op reis begeven.
11 november 1821. –
11 november (14 dagen vóór Jezus’ geboorte) 1821:
Reeds sedert meerdere dagen zie ik de H. Maagd bij haar moeder
Anna, wier huis ongeveer een uur van Nazareth in (naast) het dal
Zabulon ligt218.
217 Wij kunnen niet nalaten de aandacht eens hierop te vestigen dat de
parochiekerk van de katholieken van Bethlehem, die tegen de noordgevel
van de geboortebasiliek aangebouwd is, aan de H. Katarina toegewijd is.
218 Anna’s huis ligt in het dal, wanneer men ‘dal’ ruim opvat, en de
heuvelhelling tot een zekere hoogte er bij rekent. Inderdaad, achter het huis
rijst de heuvel nog hoger op (zie fasc.1, nr. 15, einde). Het hier bedoelde dal
is echter maar een zijvallei van de vallei Zabulon.
Fascikel 4
412
|