Hedenavond begaf zich Anna met de H. Maagd naar Nazareth,
want zij wisten dat Jozef moest thuis komen: zij schenen nochtans
niet te weten dat Maria van Anna’s huis uit naar Bethlehem zou
reizen; zij meenden dat Maria haar kind in haar eigen huis ter
wereld zou brengen, want ik zag dat men een gedeelte van het in
gereedheid gebrachte goed ingepakt er naartoe zond.
Ik zag daaronder verscheidene blauwe omslagdoeken met kappen
eraan; ik geloof wel dat ze dienen moesten om het kind erin te
hullen.
‘s Avonds kwam Jozef werkelijk te Nazareth aan.
104.
Dinsdag, 13 november. –
Heden zag ik de H. Maagd en haar moeder Anna in het huisje te
Nazareth, waar Jozef hun meedeelde wat de engel hem de vorige
nacht (11-12 november) onderweg had bevolen; zij keerden
hierop naar Anna’s woning terug en ik zag hen de nodige
aanstalten maken voor een spoedig vertrek. Anna scheen erdoor
uit haar evenwicht geslagen.
De H. Maagd wist te voren reeds wel dat zij haar kind te
Bethlehem moest baren, doch uit nederigheid had zij dit voor zich
gehouden; zij wist het uit de profetieën over de geboorte van de
Messias, die zij alle in een kastje in haar huisje te Nazareth
bewaarde; zij had ze van haar leraressen in de tempel gekregen en
deze H. Vrouwen hadden haar daarin onderricht; zij las er
veelvuldig in en smeekte dan tot God om de vervulling ervan.
Haar zuchten en bidden om de komst van de Messias hield nooit
op. Steeds had zij bij voorbaat de vrouw zalig geprezen, die het
heilig Kind ter wereld zou brengen en zij had geen andere wens
gekoesterd dan deze uitverkoren vrouw als de geringste van haar
meiden te mogen dienen; in haar nederigheid was het nooit bij
haar opgekomen dat zijzelf die uitverkoren en voorbestemde
moeder kon zijn.
Fascikel 4
418
|