Waaraan ik een grote vreugde beleefde, was dat de man van
Veronika, naar ik zag, zijn vrouw gelijk gaf, toen deze hem
verklaarde, dat zij zich nog liever van hem, dan van de
gekruisigde Jezus wilde laten scheiden. Ik zag dat ook hij ontslag
als openbaar ambtenaar had genomen, maar meteen vernam ik dat
hij dat meer deed uit liefde tot zijn vrouw dan tot Jezus.
Bovendien deden de Joden wegen en toegangen tot het H. Graf bij
de Kalvarieberg met grachten doorsnijden en met afsluitingen
versperren, omdat vele mensen die plaatsen bezochten en zich
daar vele bekeringen en wonderen voordeden.
Te Betanië preekten de leerlingen ongestoord.
Petrus predikt te Taänat-Siloh.
2063.
Donderdag, 5 april. –
De apostelen hebben hier zeer vele zieken, en onder dezen
maanzuchtigen, genezen en zelfs duivelen uitgedreven. Ik zag
hen daarbij juist gelijk Jezus te werk gaan. Ik zag hen de zieken
aanademen, hun de handen opleggen en zelfs zich over hen
uitstrekken. Dit waren louter zieken die Hij tijdens zijn verblijf in
deze stad overgeslagen had (fasc. 28, nr. 1651). Ik zag verreweg
de meeste inwoners hier zeer vriendelijk jegens de apostelen. De
leerlingen heelden niet, maar zij dienden de zieken, die zij
verdroegen, ophieven en leidden. De geneesheer Lukas deed hier
nu dienst als een ziekenverpleger van beroep.
‘s Avonds predikte Petrus in de school tot laat in de nacht. Hij
vertelde rechtuit en onverbloemd hoe zij met Jezus gehandeld
hadden; hij haalde veel aan uit Jezus’ laatste voorzeggingen en
onderrichtingen (in de tempel, fasc. 28, nr. 1682), hing hun een
beeld op van zijn onbeschrijfelijke liefde en maakte gewag van
zijn gebed bij de Olijfberg, van het verraad van Judas en diens
rampzalig einde. Over dit laatste waren de mensen hier zeer
Fascikel 33
789
|