ontvangen. Nu wilde Hij niet langer in de stad meer blijven.
Hij verliet haar met de zijnen op 6 september, in de nacht. Uit
zijn gezelschap echter trokken zich meerderen terug, de enen door
zijn waarschuwing ontmoedigd, de anderen om zich gereed te
maken om naar de doop van Joannes te trekken.
6 september. –
Niets.
Jezus in het herdersdorp Kimki.
223.
7 september. –
Jezus ging in de nacht van de 6e op de 7e september door twee
dalen. Ik zag Hem menigmaal onderweg zijn gezellen
toespreken, ook somtijds achterblijven en knielend tot God
bidden31, en dan zijn stap verhaasten om hen in te halen.
In de namiddag van de 7e zag ik Jezus bij een verspreid
herdersdorp (Kimki genaamd) aankomen. (De naam Kimki heeft
K. zich eerst later herinnerd). Er was daar een school, doch geen
31 Bidden op straat. – Ook weer iets eigen aan oosterlingen.
In een beschrijving van de dagelijkse bedevaarten naar het graf van de
Libanese wonderdoener en kluizenaar Charbel Makhloef, lezen wij:
“Onder de pelgrims vindt men alle mogelijke mensen: gebrekkigen, blinden,
stommen, zieken, rijken, armen; de stommen ziet men gebaren maken;
sommigen wijzen in de richting van het doel hunner reis. Anderen KNIELEN
op de grond en bidden een korte wijle, waarna zij hun weg voortzetten.” (Uit
een dagblad-artikel).
Zelfs Paulus beoefende deze gewoonte. Toen hij, na een verblijf van 7
dagen te Tyrus afscheid nam van de christenen dezer stad, begeleidden
mannen en vrouwen met hun kinderen hem tot buiten de stad naar het
schip. Op het strand knielden allen neer om te bidden, waarna zij afscheid
van elkander namen (Hand, 21, 5-6).
Fascikel 9
82
|