zijn vrouw was een voorname Jodin te Jeruzalem uit het
priesterlijk geslacht van Aäron en door Manasse met Anna
verwant.
Zij hadden drie kastelen:
- te Betanië,
- bij Herodium (thans dj. Foreidis, 6 km ten zuidoosten van
Bethlehem) en
- te Magdalum aan het Meer van Galilea, niet ver van Tiberias
en Gabara.
In de STREEK van Magdalum stond ook het kasteel van Herodes
(nr. 235). Zij spraken ook van de ergernis en oneer die
Magdalena aan haar familie veroorzaakte, enz.
Te Nazareth nam Jezus nog eens zijn intrek bij Eliud, bij wie ook
reeds de vijf leerlingen, alle overige Essenen en tal van mensen,
die het doopsel wilden gaan ontvangen, verzameld waren.
Jezus is te Nazareth.
237.
16 september. –
Vroeg in de morgen bij hun aankomst (zij hadden dus een groot
deel van de nacht gegaan) vonden Jezus en Eliud bij het huis van
de laatste, vele mensen verzameld, de overige Essenen, de vijf
leerlingen, die allemaal het doopsel wilden ontvangen.
Uit verdere mededelingen van Katarina kunnen wij afleiden dat die koning
van Syrië Antiochus XIII Asiaticus moet geweest zijn, zoon van Antiochus
VIII Eusebius, en van Kleopatra Selene, koningin van Egypte.
De priester Manasse, zowel verwant met Lazarus’ moeder als met moeder
Anna, is de priester uit Sefforis, die aanwezig was op het feest in fasc. 2, nr.
56.
Op de familie van Lazarus komen we nog terug in fasc. 36, nr. 2322.
Fascikel 9
114
|