zoekt men aan de hoven van de koningen. Wat hebt
gij dan willen zien, toen gij hem opzocht? Hebt gij
een profeet willen zien? Ja! zeg ik u! gij hebt meer
dan een profeet in hem gezien. Hij toch is het van wie
geschreven staat: “Zie! ik zend mijn engel vóór U uit,
opdat hij U de weg zal bereiden.” (Mal. 3, 1).
Ja! Ik zeg het u; onder allen die van een vrouw
geboren zijn, is er geen groter profeet opgestaan dan
Joannes de Doper, en toch is de kleinste in het
hemelrijk groter dan hij447.
Maar van de tijd van Joannes de Doper af lijdt het
hemelrijk geweld, en die geweld gebruiken, veroveren
het, want alle profeten en de Wet tot Joannes toe
hebben daarover voorzeggingen gedaan, en, indien
gij het begrijpen wilt, zo is juist hij de Elias die komen
moet. Wie oren heeft om te oren, moge het horen.”
Alle aanwezigen waren zeer getroffen en het volkomen eens met
de woorden van Jezus en zij wilden zich laten dopen; maar er
waren daar ook schriftgeleerden, die morden en aanstoot aan
Jezus genomen hadden, vooral omdat Hij gisterenavond en heden
morgen onderhandeld had met de tollenaars, die ook nu hier weer
tegenwoordig waren. Daarom weidde Jezus hierna uit
over de vraag voor wat en wie men Joannes en
Hemzelf zo al had uitgemaakt. Inzonderheid
447 De kleinste in het Rijk van Jezus groter dan de grootste heilige in het
Oude Testament. – Meer bevoorrecht, meer begenadigd, rijker aan gunsten
en genaden. Zo verstaat men dit gewoonlijk.
De voorkeur echter geef ik aan de ongewone verklaring:
Hij, dit is Jezus, die tot nog toe minder is dan Joannes, onaanzienlijk, nog
onbekend, meer bespot, gehaat, vervolgd en ook in zijn kleding,
handelwijze, gezelschap van geringe lieden, enz. onopvallend, Hij is groter
dan Joannes.
Fascikel 20
1587
|