laten doen. Jezus heeft zich hier veel met de kinderen bezig
gehouden.
(Het is hier voor iedereen duidelijk dat de H. Theresia van Lisieux niet
de uitvindster is van de weg der kindsheid, maar deze weg heeft zij
volmaakt bewandeld, en dit is haar roem.)
905.
De meeste van deze mensen waren heidenen en een deel van hen
ook Joden uit Syrië en Dekapolis of Tienstedenland, die in grote
scharen en karavanen met hun knechten en kinderen en zieken tot
de prediking, de genezing en doop, op Jezus’ uitnodiging,
hierheen gekomen waren. Jezus was hun naar hier, op de
oostkant van het Meer, tegemoet gekomen, opdat de volksmenigte
te Kafarnaüm niet al te groot zou worden.
Ik zag onder hen ook uit Paneas de verwanten van de
bloedverliezende vrouw uit het Evangelie (Mt. 9, 20-22), die zich
nu te Kafarnaüm ophoudt; het waren de oom van haar overleden
man, in wiens huis zij getrouwd was, haar volwassen dochter en
nog een vrouw (deze is waarschijnlijk Lea, schoonzuster van de
bloedverliezende vrouw en zuster van haar man, de Farizeeër uit
Paneas of Cesarea-Filippi).
Zij spraken met de leerlingen ook af om ‘s avonds door hen naar
Kafarnaüm overgezet te worden, en zij wonnen ook inlichtingen
in over hun zieke verwante; zij aanhoorden de prediking
van Jezus en de oom werd met zeer veel anderen
gedoopt.
Het dopen duurde de gehele dag, op dezelfde wijze gelijk
gisteren, waarbij de dopelingen knielden in een kring. Ik zag
nogmaals vele kleine knaapjes gedoopt worden; zij stonden met
de handjes op de borst in de kring in tuniekjes. Het water werd
uit het dal van Chorazin uit de beek in zakken hier naar boven
gebracht. Ook bij deze lering waren weerom spionerende
Farizeeën uit de omstreken en ook ontaarde Joannes-leerlingen
aanwezig.
Fascikel 20
1638
|