goede orde, vlugheid en gelijkmatigheid gelijkt op de vlucht van
een troep trekvogels.
Samen vormden de landen van de H. Driekoningen door hun
ligging een driehoek;
-
de bruinachtige Mensor en
-
de bruine Saïr woonden nader bij elkaar.
-
Teokeno, wiens kleur veel meer het wit benaderde, woonde het
verst. De afgelegen stad van Teokeno is alleen in haar
onderste gedeelte of grondslagen van steen. Het gebouw dat
daarboven oprijst, is geheel van tentdoek; ze is ook door water
besproeid; in grootte schijnt ze mij Münster te evenaren.
Nadat de stoet hier (in de eerste halte bij de bron) tot tegen de
avond gerust had, hielpen hen de lieden die zich bij hun stoet
aangesloten hadden, om hun reisgoed weer op de lastdieren te
schikken; daarna namen zij heel wat vergeten en achtergelaten
dingen mee naar huis. Na hun opbreken was de avond gevallen;
de ster liet zich goed zien en had, gelijk de maan bij felle wind,
een roodachtige kleur; de lichtstaart was bleek en lang. In het
begin liepen zij een tijdje naast hun dieren te voet en baden met
onbedekt hoofd; de weg was hier zo gebrekkig dat men niet vlug
vooruit kwam; zodra hij later weer effen was, bestegen zij hun
dieren die een zeer snelle gang hadden; menigmaal reden zij
langzaam en hieven een gezang aan dat in de stilte van de nacht
buitengewoon indrukwekkend klonk.
Nacht van 29 november op vrijdag 30 november. –
In deze nacht kwam ik weer bij de stoet van de H. Driekoningen.
Ik kan het niet onder woorden brengen hoe ik mij gesticht voel
door de orde, regelmatigheid, godsvrucht, serene
gemoedsstemming en heilige vreugde die in al hun doen en laten
uitschijnen; zij reizen in de nacht met het oog op de ster, die daar
met haar lange staart de aarde bijna raakt. De goede mannen
houden er zo rustig en zielsverblijd de blik op gevestigd en
Fascikel 5
580
|