Na de sabbat is Jezus met zijn vertrouwdste leerlingen en de
toekomstige apostelen ‘s avonds bij een Farizeeër ter maaltijd
gegaan. Door Jezus’ woorden diep getroffen had deze man zich
bekeerd.
24 februari. –
Op heden zondag heeft Jezus met zijn leerlingen deel genomen
aan een grote maaltijd die Hem tot zijn huldiging door de
stadsnotabelen in het openbaar feesthuis aangeboden werd;
Hij heeft onder de maaltijd een rede gehouden en
daarna nog dezelfde avond de stad verlaten om naar Jizreël te
gaan, een stad die ongeveer 3 uren van Kislot-Tabor naar het
zuiden verwijderd ligt (zie grote kaart 2).
25 februari. –
Hier in Jizreël hebben zijn verwanten en de leerlingen van
Betsaïda, ook Andreas en Natanael, afscheid van Hem genomen
om hun geboorteplaats te bezoeken; Hij duidde hun de tijd
en de plaats van het weerzien aan. Zowat vijftien jonger
leerlingen zijn nog bij Hem gebleven; hier leerde en heelde
Jezus; hier zijn allerhande scholen, geestelijke of van de Wet en
profane; het is een grote stad; Hij heeft ook over de wijnberg
van Nabot geleerd (een bekende episode die men vindt in I
Kon. 21).
415.
26 februari. –
Jezus is niet meer te Jizreël, maar wellicht keert Hij er nog terug,
want ik zie Hem minder dan anderhalf uur ten oosten van deze
Prat drukt zich nog sterker uit: “Zelfs heeft daar nooit een dorp gelegen, wat
duidelijk door Flavius Josephus te verstaan wordt gegeven.” (Leven; XLIX;
B.J. 2, 11-12).
Fascikel 13
533
|