Wanneer Arkos voor een uithuwelijking onder de voorouders van
de H. Maagd, in de grot van Elias om een openbaring bad, hield
hij die staf van Aäron in de hand.
Moest dit huwelijk bijdragen tot het geslacht waaruit de H. Maagd
zou stammen, dan bracht de staf van Aäron een spruit voort en
deze op haar beurt een of meer bloemen. Sommige bepaalde
spruiten duidden reeds zekere voorouders der H. Anna aan en
kwamen deze nu bij de profeet ten rade over een huwelijk dat zij
voornemens waren aan te gaan, dan nam Arkos de spruiten in
acht, die betrekking op hen hadden en profeteerde naar gelang ze
zich verder ontwikkelden.
9.
Er was echter ook nog een ander heilig voorwerp in het bezit van
de Essenen in de grot van Elias, en wel een gedeelte van het
eigenlijke, allerheiligste geheim uit de Verbondsark (zie verder nr.
25). Dit was in het bezit der Essenen gekomen, toen de Ark een
keer in de handen van de vijanden viel.
(Bedoeld schijnt niet I. Sam. 4, want K. maakte hier onduidelijk
gewag van een tweespalt onder de levieten).
Alleen de heiligste onder de hogepriesters en enige profeten
kenden dit geheimnisvol, allerheiligste voorwerp dat met de
schrik van God in de Verbondsark verborgen was; ik meen
nochtans vernomen te hebben dat het een en ander daarover in
enkele, mysterieuze, diepzinnige, doch weinig gekende boeken
van oude, verlichte Joden te vinden is19.
Dit allerheiligste geheim bevond zich niet meer in zijn geheel in
de Verbondsark van de door Herodes herbouwde tempel20.
19 Nota van Brentano:
Toen ik in juli 1840, bijna 20 jaar na deze mededeling op het punt stond dit
geschrift in druk te geven, vernam ik van een Hebreeuws taalgeleerde dat
het Kabbalistisch boek ‘Schar’ veel bevat dat op dat voorwerp betrekking
heeft.
20 Een deel was bij Arkos op de Sinaï terechtgekomen.
Fascikel 1
36
|