uitgestippeld op onze grote kaart 1. Die uitstippeling is de vrucht
van nauwkeurig onderzoek. Hier zou het de plaats zijn voor de
lezer om de legende bij die kaart 1 eens aandachtig te lezen; een
legenda is een soort sleutel.
Die kaart moest alles bevatten wat in een uitvoerig artikel over
Palestina – waarvan dit artikel de korte inhoud is – genoemd
wordt. Vandaar dat ze wel een beetje overladen is. Bij deze
aflevering ontvangt men twee nieuwe grote kaarten 2 en 3.
Men vindt daarop gehele provincies op groter schaal en dus
klaarder terug, ook een mooie kaart van Jeruzalem en van het
eiland Cyprus.
Toch schetsen wij hier vlug de grenzen van Palestina in zijn
geheel om een duidelijk beeld van zijn uitgestrektheid te hebben.
Wij mogen zeggen dat Jezus het in al zijn delen heeft bereisd.
Het land dat God aanvankelijk voor het Israëlitische volk
bestemde, had de volgende grenzen.
- In de noordwesthoek, beneden de Leontesrivier (el-Qasimijeh),
was een district voorbehouden aan de Tyriërs.
- Tegen hun oostgrens begon de noordergrens van Palestina;
ze volgde oostwaarts de horizontale loop van de Leontes,
liep verder in dezelfde richting door langs de zuidvoet van de
grote Hermon en nog verder tot de noordoosthoek van de
stenige landstreek die nu el-Ledjah heet en het oude
Trachonitis uit Lukas, 3, 1 is. Tot hier ook strekte zich de stam
oost-half-Manasse uit.
- Bij die hoek begint de oostgrens, die aanvankelijk samenloopt
met de buitengrens van el-Ledjah (zie op grote kaart 1,
hoekkaartje boven).
- Daarna naar het zuiden afdalend loopt ze over el-Qanawat
(Canat, Nobah 2), een grensstad op de westhelling van dj.
Hauran, en steeds dezelfde richting volgend, bereikt ze de oude
bijbelstad Salka, thans Salkhad.
Fascikel 8
83
|