2 augustus = 9 Ab. –
Deze morgen onderrichtte Jezus in de herberg en op
de naburige heuvelen allerhande volk; hier werd zijn
lering aanhoord door arbeiders en ook door DIE slaven, die
Hij, 11 maanden geleden, eens op het veld der
herders bij Betaraba, (6 dagen) na zijn doop door
zijn woorden had getroost (en aan wie Hij ook
beloofd had hen in Samaria te komen bezoeken; cfr.
fasc. 11, nr. 302).
Gisteren en nog heden waren vele Farizeeën uit het gewest bij zijn
lering tegenwoordig om Hem te bespieden; zij beluisterden al zijn
toespraken met verbittering, staken de koppen bijeen, morden en
schimpten, doch waagden het niet Hemzelf aan te spreken.
Jezus zag evenwel niet naar hen om. Ook meerdere Samaritanen,
leraars en andere, luisterden vooringenomen en bleven ongelovig
en hardnekkig.
Jezus zet zijn tocht naar het noorden voort,
boete prekend en Jeruzalem bedreigend. –
Jezus te Ginea.
554.
Nog 2 augustus = 9 Ab. –
Nog in de namiddag zag ik Jezus met de 5 leerlingen uit de
herberg bij Sikar 6 uren ver naar de stad Ginea of Ginnim gaan;
Hij trok tussen Tebez ter rechter- en de stad Samaria ter
linkerhand.
-
de opstand van hun vaderen bij de terugkeer van de 12 bespieders uit
Kanaän en bovendien
-
hun veroordeling tot de omweg langs de Rode Zee of Golf van Akaba.
-
Na Christus was de verwoesting van Jeruzalem en de tempel anno 70 en
de ondergang van de natie in 135 een derde motief.
Fascikel 15
836
|