Met neergelaten sluiers wierpen zij zich voor Hem neer; de
weduwe van Naïm bad Hem het aanbod van de andere goede
weduwe te aanvaarden; deze rekende het zich tot een eer gans
haar bezit in de kas der H. Vrouwen tot onderhoud van de
leerlingen en steun der armen te mogen storten en zichzelf tot zijn
dienst beschikbaar te stellen. Jezus aanvaardde het
aanbod van deze weduwe en onderrichtte en troostte
hen beide. Zij offerden ook enige gaven tot een maaltijd, die
door de leerlingen ontvangen werden en de nieuwe weduwe gaf
hun aanstonds een som geld, dat de leerlingen voor het onderhoud
der herbergen naar de vrouwen te Kafarnaüm stuurden.
Jezus rustte hier met de leerlingen een weinig uit, want Hij had de
voorgaande dag te Engannim met onbeschrijfelijke inspanning
gepredikt en geheeld en was vandaar weer ongeveer zeven
uren ver naar hier gereisd. Ik zag Hem terug, toen de nacht reeds
gevorderd was; Hij was de Tabor al voorbij, had Nazareth links
laten liggen en, naar ik zag, onderrichtte Hij op zijn weg de
leerlingen over het gebed.
De nieuw aangekomen weduwe had tot Jezus ook over een andere
vrouw gesproken, met name Maria, die eveneens geheel haar
bezit ten offer wilde brengen; ik ken die nog niet.
Jezus antwoordde dat zij het voorlopig nog zou
behouden, tot men het nodig zou hebben.
Jezus te Kana. – De hoofdman van Kafarnaüm.
(Joannes 4, 43-54).
565.
8 augustus. –
Jezus kwam in de morgenschemering te Kana aan en nam zijn
intrek in het huis van een schriftgeleerde bij de synagoge. Nadat
Hij wat gerust en zich verkwikt had, was het voorhof van het huis
spoedig vol mensen. (Hierover een bemerking later bij nr. 656).
Fascikel 15
857
|