Toen rolde Hij het boek dicht, gaf het aan de beambte terug en ging zitten,
Aller ogen waren in de synagoge op Hem gevestigd.
Nu ving Hij aan en sprak tot hen: “Heden is dit schriftwoord dat Gij
gehoord hebt, vervuld.”
Allen betuigden Hem bijval, en stonden verbaasd over de lieflijke woorden,
die er vloeiden uit zijn mond.”
Tot hier de 1e helft van Lukas’ verhaal; het geeft de scene weer die Katarina
ons geschilderd heeft vrijdagavond op de opening van de sabbat.
Lukas vervolgt: “En ze zeiden: “is dit niet de zoon van Jozef?””
Deze woorden vertolken nog hun verbazing, maar we bemerken reeds een
zweem van afgunst die wakker wordt.
Ze zijn een soort overgang, want nu slaat hun eerste bewondering over in
antipathie en eindelijk in haat en dit ziet men bij Katarina de volgende avond
gebeuren.
Lukas vertelt dit in de 2e helft van zijn verslag:
”Hij sprak tot hen: “ge zult me zeker dit spreekwoord doen horen:
geneesheer, genees uzelf. Doe ook hier, in uw vaderstad wat, naar
we vernamen, in Kafarnaüm is geschied. Voorwaar, Ik zeg u: geen
profeet wordt in zijn eigen vaderstad erkend.
Voorwaar! Ik zeg u: er waren vele weduwen in Israël in de dagen
van Elias, toen de hemel drie jaar en zes maand gesloten bleef,
zodat er over heel het land grote hongersnood heerste; en toch tot
geen van hen werd Elias gezonden, tenzij tot de weduwe van
Sarepta van Sidonië.
Ook waren er vele melaatsen in Israël in de tijd van de profeet
Elizeüs, en toch werd geen van hen gereinigd, behalve Naäman de
Syriër.”
Toen ze dit hoorden, werden allen in de synagoge woedend; ze sprongen
op, wierpen Hem de stad uit, voerden Hem naar de rand van de berg,
waarop hun stad was gebouwd, om Hem naar beneden te storten.
Maar Hij ging midden door hen heen en vertrok.” (Lk. 4, 16-27).
***
Men ziet welk een schoon licht K.’s verhalen op de evangeliën werpen;
we hebben geen andere uitleg van exegeten nodig, uitleg die overigens de
bal niet zelden misslaat.
Fascikel 15
916
|