Met Tomas kwam een tweelingbroeder ter wereld en zijn moeder
stierf in zijn geboorte. De vader hertrouwde en deze stiefmoeder
gaf Tomas een zuster en 2 broers.
Na de dood van de vader hertrouwde ook de stiefmoeder en nog
zo jong had Tomas stiefouders en werd hij bij een broer van zijn
vader, die tot een sekte behoorde, streng opgevoed. Door de
handel van zijn ouders en verwanten kwam Tomas reeds vroeg in
aanraking en betrekking met vreemdelingen uit verschillende
volkeren.
Hij wist veel van hun aard en karakter, van hun levenswijze en
verschillende talen en is misschien daarom later zeer ver naar
Indië gezonden geworden.
Zijn opvoeding werd de oorzaak van zijn eigenzinnigheid; hij
wilde van alles bewijzen hebben. Hij veranderde dikwijls van
beroep, want hij was afwisselend bij de scheepsvaart, bij de
handel en ook bij de visserij aan het Meer van Galilea, waar hij
met de latere apostelen voor het eerst in aanraking kwam.
2275.
Later begon hij te Safed in allerlei Joodse wetenschappen te
studeren en bezocht hij de scholen van de Farizeeën, zonder zelf
een Farizeeër te worden. Daarna kwam hij in een zoekend leven,
was nu eens thuis, dan weer bij Bartolomeüs en Natanael.
Door dezen bekwam hij, naar ik vermoed, een betrekking als
schrijver.
Tomas was ongeveer 3 jaren ouder dan Jezus.
Toen de Heer, ongeveer in zijn twintigste jaar naar de tempel
ging, reisde ook Tomas erheen en zag Jezus, doch sprak nog niet
met Hem. Deze reis werd de aanleiding tot een ommekeer ten
goede in zijn leven, want Tomas kwam daardoor in nauwere
betrekking met Jakobus de Mindere, die een Esseen en zeer
deugdzaam man was en die hem veel over Jezus vertelde. Dit
betekende voor Tomas het begin van een ernstiger en dieper
godsdienstig leven.
Fascikel 36
209
|