De Grieken of oosterse Kerk houden immers staande dat Magdalena in
Efeze zou begraven zijn, en deze traditie, die, ons inziens, alleszins de
kwalificatie van ‘flauw’ of zelfs ‘ongegrond’ verdient, gaat nochtans
terug tot de 7e eeuw, nl. tot de eerste getuige van deze mening, de
Patriarch Modestus van Jeruzalem (632). Dan kunnen nog genoemd
worden Gregorius van Tours, de monnik Cedrenus.
Keizer Leo van Konstantinopel, bijgenaamd de Wijze of Wijsgeer, zou
haar lichaam in de 9e eeuw naar deze stad hebben laten overbrengen
(cfr. D.B. Ephèse, c. 1844).
Deze traditie komt niet in aanmerking om met de westerse vergeleken
te worden.
Aan haar ontstaan kunnen wij overigens een redelijke verklaring geven.
Katarina vertelt van een andere leerlinge van Jezus die in vele opzichten
een grote overeenkomst vertoonde met Magdalena, zodat men reeds
bij Jezus’ leven die 2 vrouwen vaak met elkander verwarde. Die andere
vrouw was Maria de Sufanietin. Het is zeer goed mogelijk dat de laatste
behoorde tot de vrouwen die met Maria mee naar Efeze gekomen
waren, in Efeze na haar dood begraven werd en dat men ze naderhand
voor Maria‐Magdalena gehouden heeft of ze zelfs moedwillig zo
genoemd heeft, om op haar graf fier te kunnen zijn.
De gelijkenis van deze 2 personen met de verwarring die eruit ontstond,
zoals K. dit beschrijft, kan men lezen in fasc. 21, nr. 952, na midden. Het
zal voor de lezer interessant zijn deze passage eens na te zien, en ook
vooral het commentaar erop, fasc. 21, nr. 952, voetnoot 478.
2e bemerking:
Een 2e bemerking bij dit kapittel betreft een traditie die bestaat op het
eiland Cyprus in verband met Lazarus.
Ze houdt dat Lazarus met zijn zusters en nog anderen, tot ballingschap
veroordeeld zijnde op een gehavend schip gezet en in zee gedreven
werden, doch in plaats van te Marseille, landden op de oostkust van het
eiland te Kition, thans Larnaka één van de voornaamste havens van het
eiland. Na daar 30 jaar bisschop geweest te zijn, zou Lazarus daar
gestorven en begraven zijn.
Fascikel 36
336
|