Ik zag Markus ook in Egypte en hoe hij het christendom invoerde
op de gehele weg, waarlangs Christus daar gereisd had (fasc. 7,
nr. 180, enz.; fasc. 28, nr. 1621, enz.).
Ik zag hem eerst in de stad Alexandrië. Hij ging er node heen en
had liever elders het woord Gods verkondigd. Op de weg
daarheen sneed hij zich zo diep in zijn rechterwijsvinger, dat hij
hem verloren zou hebben, indien hij niet door een wonderbare
verschijning, waarvoor hij, gelijk Paulus, hevig schrok, genezen
was geworden. Zijn leven lang behield hij rondom de vinger een
rood litteken.
Ondertussen had de pest zich uitgebreid en onder het volk onherstelbare
verwoestingen aangericht. De nieuwe paus vermaande het volk om in die
ramp een straf voor hun zonden te zien en er boete voor te doen.
Hij organiseerde een grote processie waaraan alle abten van Rome met hun
monniken en alle abdissen met hun monialen deelnamen.
Monialen
-
(Lat.) Vrouwelijke kloosterlingen van een orde, meestal slotzusters,
die het koorgebed bidden. Slotzusters hebben zich door plechtige
eeuwige geloften verbonden binnen het slot te zullen leven, dat wil
zeggen: binnen dat gedeelte van het klooster dat alleen voor
kloosterlingen toegankelijk is.
-
vrouwelijke monniken;
-
rooms-katholiek leden van een vrouwelijke, aan geloften gebonden
orde.
Het beeld van de H. Maagd dat de H. Lukas geschilderd had, werd in de
plechtigheid meegedragen, en men zegt dat overal waar het beeld
voorbijkwam, de bedorven lucht wegweek en dat Gregorius boven het
grafmonument van keizer Hadrianus een engel zag die zijn zwaard terugstak
in de schede.
Van deze verschijning van een engel op het hoogste van dat grafmonument,
heeft dit de naam gekregen van ‘engelenburcht’ of ‘burcht van de engel’.
Het monument herinnert heden nog aan dit visioen van de Paus.
Gods gramschap was bedaard: aan de pest kwam een einde.”
Fascikel 36
252
|