Zij antwoordde zeer ootmoedig: “Gelijk de Profeet het beveelt, zo
wil ik het!”
Toen sprak Jezus: “Sta op, uw geloof heeft u geholpen.”
Toen stond de vrouw op, ging uit haar kamertje en zei: “Heer, nu
erken ik uw macht, want velen wilden mij helpen en konden het
niet.” Met al haar huisgenoten bedankte en loofde zij de Heer.
Vele mensen kwamen toegelopen en waren over haar genezing
zeer verwonderd.
Jezus keerde naar het onderwijsgesticht terug; zij vertoefden nog
bij de bron en Hij hield voor het daar nog verzamelde
volk een toespraak.
Hij verdeelde weer, zoals gewoonlijk, de nacht tussen slaap en
gebed.
Oogslag op Merkuria en de tempel.
1282.
Heden zag ik in Salamis Merkuria, de zondares, met grote onrust
en droefheid in haar kamers op en neergaan; zij weende, wrong de
handen en, geheel in haar sluier gehuld, lag zij dikwijls in een
hoek te huilen. Haar man, die me wat dom toeschijnt, en ook de
dienstmeiden hielden haar voor waanzinnig, maar wat haar
verscheurt, is spijt en berouw; haar enig verlangen en
bekommernis is, hoe zij hier weg en bij de H. Vrouwen in
Palestina zal geraken. Zij heeft twee dochters van 8 en 9 jaar en
een zoontje van 5 jaar. Haar huis staat dicht bij de grote tempel:
het is groot en omgeven door logge muren, door zijgebouwen met
verblijven voor dienstpersoneel, door zuilengangen, terrassen en
tuinen.
Men ontbood haar naar de tempel, maar zij weigerde te gaan
onder voorwendsel van ziekte.
Ik heb meteen ook een oogslag op de grote tempel geworpen; het
is een verbazingwekkend gebouw, vol zuilen, kamers, woningen
Fascikel 25
2483
|