Lokale bijzonderheden.
1286.
De steden zijn hier volstrekt niet zoals bij ons, waar de huizen
naast elkander staan en iedereen zijn eigen huis heeft. Er zijn hier
nogal veel grote gebouwen met terrassen en dikke muren en in
deze muren zijn vele kamers, waarin geringer lieden wonen.
Dikwijls zijn daar straten als dikke wallen, waarover men rijdt, en
ook in deze wallen wonen vele mensen en boven staan er bomen
op.
Te Salamis heerst ook een allerbeste orde en ik zie dat ieder soort
van bedrijfs- en ambachtslieden hun eigen straat hebben697.
Ik herinner mij dat ik de schoolkinderen en andere jongens
meestendeels in één en dezelfde straat zag gaan. Zo lopen door
de stad ook straten waarin men altijd slechts lange rijen lastdieren
ziet.
697 Kamers in muren gebouwd, dit is tegen muren aangebouwd, volgens
oosterse gewoonte, zoals dit ook zijn de kamertjes van een herberg die
rondom het plein tegen de omheiningsmuur gelegen zijn.
Het is ook een oosterse gewoonte dat de beoefenaars van hetzelfde
ambacht of bedrijf in dezelfde straat gevestigd zijn, hun eigen winkel of
werkplaats hebben.
In de bazaarstraat te Kaïro bezit ieder bazaar de artikelen van een speciale
nijverheid, zoals eetwaren, klederstoffen, leder, huisraad, reukwerken, enz.
(Delancker, 36, Leroux, 32; Janssens, 73; H. L. 13e jg. 29).
Alzo hadden de wevers, zadelmakers, timmerlieden, goudsmeden hun
werkhuizen bij elkaar in dezelfde wijk. (H. L. 11e jg. 56).
In Chytrus hebben volgens K. de Rekabieten hun eigen straat, de smeden
hun eigen wijk. Zie verder nr. 1298.
Andere gelijke uitlatingen vindt men b.v. nog bij Hilarion Thans, in ‘Vertellen’,
blz. 184, deel III: “Te Pompeji was een straat van wassers en blekers.”
Andere getuigenissen vindt men in Géogr. univ. VI, 135; Nieuw Afrika, 1955,
blz. 174; ‘The Island of Cyprus’.
Fascikel 25
2499
|