Dan zag ik Hem, vergezeld van deze uitgelezen schaar, waaronder
ook David was, verschijnen op vele plaatsen waar Hij geleefd,
gewerkt en geleden had en ik zag hoe Hij hun daar uitleg gaf van
het voorafbeeldende dat hun daar geschied of overkomen was.
Ook maakte Hij hen daar met onuitsprekelijke liefde deelachtig
aan de verdiensten of vruchten welke Hij verworven had door de
vervulling van dat voorafbeeldende (nl. van hun profetische
handelingen of toestanden).
Zo zag ik Hem ook o.m. op zijn doopplaats, waar vele
voorafbeeldende gebeurtenissen plaats gevonden hadden; ik zag
Hem hun de betekenis daarvan verklaren en, ten zeerste
ontroerd over de oneindige barmhartigheid van de Heer Jezus,
meende ik te zien dat Hij hun de genade van zijn heilige doop ten
goede liet komen191.
Het is onuitsprekelijk aangrijpend de ziel van Onze Heer,
omgeven door die zalige, getrooste geesten, lichtend door de
donkere aarde, door rotsen, water, lucht, op en boven en door de
aarde aldus rustig voort te zien zweven192.
191 Voorafbeeldende gebeurtenissen. – De Israëlieten zijn daar droogvoets
door de Jordaan gegaan.
Elias heeft er met zijn mantel de wateren verdeeld en stak hem met Eliseüs
eveneens droogvoets over.
Bij Eliseüs terugkeer geschiedde hetzelfde wonder. De Midianieten werden
er op hun vlucht door Gideon en zijn troepen in de pan gehakt.
192 Jezus vaart door alles heen. – Dit is voorzegd in een der
wijsheidsboeken, nl. Ekkl. 24, 45. Vers 45 vindt men in de Vulgaat of
Latijnse tekst, maar het ontbreekt in het Grieks (Septuagint) en in de
Syrische tekst, maar behoort wel degelijk tot de H. Schrift, daar de Vulgaat in
haar geheel als Gods woord aangenomen is.
De H. Schrift legt in de mond der eeuwige Wijsheid (het Woord van God, 2e
persoon der H. Drie-eenheid) deze woorden: “Ik zal door al de diepten der
aarde heendringen, al de ontslapenen beschouwen en allen die op de Heer
hopen, verlichten.”
Volgens de H. H. Vaders doelt dit op de nederdaling van Christus ter helle.
Fascikel 32
694
|