dit verzoek willigde Jezus in: zij mogen met Hem mee
trekken, wanneer Hij de volgende maal in dit gewest
komt. (Dit zien wij later in nr. 1072).
Deze Jesse heeft een ontvangersdienst voor de levieten en staat
aan het hoofd van een weverij; hij koopt wol op en deze wordt
hier gewassen, gesponnen en geweven; zij maken fijn doek en
hier werkt een gehele straat voor hem. Ook heeft hij in een lang
gebouw een perserij, waarin verscheidene kruiden, die
grotendeels op de Tabor groeien420 en deels uit de vreemde
komen, worden uitgeperst. Gedeeltelijk zijn het planten om te
verven; uit andere worden sappen, dranken en reukwerken bereid.
Ik zag er ronde, holle stammen in de troggen staan, waarin met
een stamper de planten die in de stam gelegd waren, uitgeperst
werden. Op de stamper lag nog een gewicht. De buizen
waardoor het uitgeperste sap weggeleid wordt, komen tot buiten
het huis en zijn van tappen voorzien. Als de stampers niet moeten
persen, dan worden er wiggen voor geschoven. Er wordt daar ook
myrre-olie bereid.
Jesse leidt met geheel zijn familie een godvruchtig leven; zijn
kinderen gaan dagelijks, en hij dikwijls met hen, op de Tabor
bidden. Jezus nam met zijn leerlingen zijn intrek bij hem; Hij
genas zieken in de stad en trad op in de synagoge.
Hier waren Farizeeën en Sadduceeën; zij vormden een soort
consistorie (= vergadering, raadskamer) en beraadslaagden daarna
ook hoe zij Jezus zouden tegenspreken.
420 Welriekende kruiden. – Een paar getuigenissen:
-
Portmans vermeldt de vele bloemen, waar zelfs het puin vol mee staat.
-
Mislin de bosjes van welriekende kruiden en planten (III, 265).
-
De Géramb (II, 195) en Janssens (blz. 322) de aangename
doordringende geur van welriekende kruiden, bomen en struiken.
Reukplanten vindt men op de Tabor overal, waar de rots onderbroken of met
een laag aarde bedekt is, zodat de welriekende kruiden door hun overvloed
een kenmerk zijn van de berg.
Fascikel 19
1465
|